“Alles wat je thuislaat is mooi meegenomen” zeggen trekkers vaak. Toch torsen wandelaars met tent en kookspullen al gauw twaalf tot veertien kilo mee. Kampeer je niet dan moet het mogelijk zijn het gewicht (exclusief eten en drinken) tot zeven à acht kilo te beperken.

Draag zo weinig mogelijk is hét advies voor wandelaars. Acht kilo gaat prima in 35 liter rugzak, 14 kilo gaat goed in een 45 liter rugzak.

Toer of trekking?

Wanneer je zeker weet dat je deze wandel trektocht nooit met een tent zult maken, dan is een toer-rugzak een goede keuze. Hiermee kun je thuis ook prima dagtochten maken. Wie wel graag volledig selfsupporting de tocht maakt, zal meestal uitkomen op een tussenvorm van de dagrugzak en trekking-rugzak. Omdat er veel mogelijkheden zijn en ieder zijn eigen voorkeuren heeft is het noodzakelijk je goed te informeren.

Een slecht zittende rugzak kan leiden tot blessures en pijn bij het dragen. Op de website van Tweevoeter vind je uitstekende informatie. Ook iedere buitensportzaak kan je begeleiden in het kopen van de juiste rugzak. 

Kies voor een rugzak met goede heupbanden, aangezien hier het meeste gewicht op komt te rusten. Ook is het handig om enkele vakjes aan de voorzijde of zijkant te hebben, waar je bij kunt zonder de rugzak af te doen. Ideaal voor kleine camera, zonnebrand enz.

Rugzak en water

Veel rugzakken faciliteren het gebruik van een waterzak. De zak zit tegen de rug, waarmee het zware gewicht tegen de rug komt. Met een slangetje kun je de hele dag door slokjes water nemen. Het voordeel is dat je gemakkelijk kunt drinken zonder te moeten stoppen. Nadeel is wel dat je geen zicht hebt op de vulling van je zak. Je kunt nog een klein flesje vullen met water voor het geval je waterzak leeg is. Je komt dan in ieder geval niet zonder water te zitten.

In veel rugzakken is een regenhoes verwerkt, want rugzakken zijn niet waterdicht. Ook zijn deze los te krijgen. Als je in de regen in een poncho loopt met ruimte voor de rugzak, dan heb je de hoes niet nodig. De hoes kan bij mooi weer ook uitstekend dienst doen als ondergrond om op te zitten.

Lopen met een wandelkar

Er zijn pelgrims die niet met een rugzak kunnen of willen lopen. Voor hen is een wandelkar een uitkomst.
Je moet daarbij bedenken, dat je met een kar dikwijls de fietspaden moet volgen. Want de wandelpaden zijn soms te smal of te steil. Vooral afdalingen zijn lastig , nieuwe types hebben remmen. Er zijn ook karren waar de rugzak op bevestigd wordt, waarbij de wielen kunnen worden weggedraaid, zodat je er geen last van hebt. Het geheel is dan wel vrij zwaar.

Wandelkarren zijn best prijzig, maar worden ook wel tweedehands aangeboden.