Een pad vol engelen

Tekst: Fenna Vesters

De Dutch Mountain Trail, 101 kilometer over zeven heuvels in Zuid-Limburg. Het wordt beschreven als een ruige tocht met bergachtige taferelen waar je flink wat moet dalen en stijgen op een dag. Een echte kuitenbijter. Als je een beetje ervaring hebt met wandelen en ook wel eens een echte berg hebt beklommen, is deze tocht meer van een gemiddelde moeilijkheidsgraad.

Het blijft natuurlijk Nederland, over het algemeen plat en niet zo kuitenbijterig. Maar in vergelijking met wandelingen in de rest van het land heb ik deze route ervaren als uitdagender en avontuurlijker, met mooie vergezichten. En ja, toch wel af en toe brandende kuiten. Ik kan dit echter alleen over de eerste drie dagen navertellen: het is me opnieuw niet gelukt de hele tocht uit te lopen en dit keer niet door een blessure. Er verscheen namelijk een engel op mijn pad. Of eigenlijk vier.

Wandelmaatje

Het was eind augustus toen ik de trein uitstapte op station Eygelshoven. Ik had al wat mensen onderweg met een grote rugzak gespot en kreeg een donkerbruin vermoeden wat hun plan was. Met mij stapten een ouder echtpaar uit en Boris, zo leerde ik even later. Hij was ook uit Utrecht gekomen, we hadden ruim twee uur in dezelfde trein gezeten. Hij had ook het plan om de Dutch Mountain Trail in vier dagen te lopen en we hadden dezelfde camping op het oog voor die avond,  dus liepen we vanaf het station samen richting de eerste summit: de Wilhelminaberg. Ik ben 2,5 jaar geleden ook begonnen aan deze trail, maar moest halverwege terugkeren met een flinke knieblessure. Het was toen februari, koud en kaal. Nu waren alle bomen vol in het blad en de zon scheen warm op onze ruggen.

Dag 1: 26 km – Wilhelminaberg

Al redelijk snel na station Eygelshoven lopen we door het bos richting de Wilhelminaberg, regelmatig een door mensen aangelegde constructie passerend. Je zou de Wilhelminaberg zelf een door mensen aangelegde constructie kunnen noemen: jarenlang werd hier in kleine karretjes afval uit de steenkoolmijnen naartoe gereden. Er loopt een breed pad cirkelend omhoog, maar de route leidt ons dwars over de helling door de bomen omhoog. Eenmaal boven probeer ik de andere mijnsteenbergen te ontdekken in Duitsland en België. Aan de andere kant knijp ik met mijn ogen in de hoop Maastricht te ontwaren. Dat ligt natuurlijk veel te ver weg, maar een mens kan hopen. De eerste summit is overwonnen: tijd voor koffie. We hebben allebei een percolator mee. Boris tovert ook nog een fuet met manchego uit zijn tas, een Spaanse worst met stukjes kaas: ‘n heus feestmaal zo vroeg op de dag. De dag vordert gestaag en we lopen al kletsend richting Kerkrade. Net voorbij de Gaia Zoo pauzeren we bij een bankje en ik heb net mijn voeten in Boris’ Barefoot wandelschoenen gestoken als er twee mensen met een grote rugzak langslopen. Het zijn Thijs en Marous, ook twee wandelaars die dezelfde camping op het oog hebben voor de avond. Het klikt meteen en met z’n vieren lopen we verder over gemoedelijke landweggetjes Duitsland binnen en buigen net voor de Schneeberg af naar camping De Gastmolen bij Lemiers.

Dag 2: 25 km – Schneeberg, Eyserbos, Gulperberg

De tweede dag beginnen we nog voor het ontbijt met een klim naar de top van de Schneeberg. Vandaag zouden we drie toppen beklimmen en na de redelijk makkelijke dag van gisteren hadden we allemaal wel zin in wat meer uitdaging. Maar eerst: ontbijt! Na een uitgebreid menu in Vaals lopen we richting de Vaalserberg, de hoogste berg van Nederland die weliswaar niet één van de summits is, maar zeker wel het benoemen waard. Na de verplichte toeristenfoto bij het drielandenpunt slaan we rechtsaf het bos in, een mooi pad op de grens met België waar we ook regelmatig wegkruisen tegenkomen. Na een paar kilometer door het Schimperbosch komen we in het Vijlenerbosch terecht met op meerdere plekken mooie doorkijkjes naar het dal waar je onder andere Vaals ziet liggen. We lopen grotendeels aan de rand van het bos en zijn dankbaar voor de bomen. De temperatuur is ondertussen flink opgelopen. Tussendoor tappen we onze flessen vol op het kerkhof in Wahlwiller. Daarna vervolgen we de route richting het Eyserbos, over landbouwgronden en zachte heuvels en als ik mijn ogen opsla ben ik in één klap terug in Toscane. Ik wijs verheugd naar de cipressen in de verte en het vakantiegevoel is even heel sterk aanwezig.

Na het Eyserbos is daar al snel de derde summit van de dag: de Gulperberg. Deze voelt als een anticlimax na het Eyserbos, we zijn niet echt onder de indruk. Maar dat kan ook komen doordat het einde van de dag nadert en we onze voeten onderhand wel voelen. Een stukje verder over de asfaltweg en dan arriveren we op camping Berghemmerhof. Het blijkt dat de pizza bezorgservice alleen van vrijdag tot zondag geldt, dus lopen we het dal in richting Gulpen waar we onszelf belonen met lekker eten en bier.

Dag 3: 17 km – Hakkenberg

We hadden de dag hiervoor al besloten om vandaag apart van elkaar te lopen en in de avond dezelfde camping op te zoeken. Af en toe even alleen lopen vind ik zelf heel fijn; je gedachten gaan toch andere kanten op en ik kan veel verwerken tijdens het wandelen. Het is alleen niet makkelijk te plannen, dat alleen wandelen. We hadden redelijke tijd tussen het vertrek gelaten, maar nog voor de lunch kwam ik Thijs en Marous alweer tegen. Het is een prachtige dag, we lopen veel langs de bosrand met uitzicht op uitgestrekte heuvels en afwisselend in hoogte. Ik sta regelmatig stil om even deel te worden van de serene rust die er heerst op het dan weer Limburgse, dan weer Belgische platteland. Thijs en Marous lopen verder als ik voor de lunch op een bankje neerstrijk. Terwijl ik een paar worteltjes naar binnen werk, valt mijn oog op een bord Gelato Farm dat even verderop staat. Verheugd sjor ik mijn rugzak weer vast en even later zit ik te genieten, tenen in het koele gras. Het is slechts een half uur later als deze eerste engel op mijn pad verschijnt. Maar op de derde dag, na 17 kilometer, nog voor ik de zesde summit, de Kattenroth, kan beklimmen, is mijn tocht voorbij…..

Engelen op mijn pad

Ik was net begonnen aan een langzame afdaling door het Broekbos toen ik aan de rand van het wandelpad allemaal vliegen zag; van die grote paardenvliegen die normaal op een hoop stront afkomen. Er waren er tientallen en ze produ­ceerden een enorme herrie. Maar in plaats van een hoop stront lag daar een uitgemergelde kitten van een paar weken oud. De vliegen waren aangetrokken door haar zwakte en ze hadden al honderden eitjes in haar vacht gelegd. Ik knielde neer en met ingehouden adem staarde ik naar haar buikje. Ze ademde nog! Het moment dat ik haar zag wist ik dat ik haar mee zou nemen en voor haar zou zorgen en alles zou doen om haar een kans te geven. In een linnen tas gewikkeld wandelde ik gehaast naar het dichtstbijzijnde huis. Ik was nog net in België, dus de Nederlandse dierenambulance bellen ging niet en iets vergelijkbaars kennen ze daar niet. Uit het huis kwam de tweede engel op mijn pad, een verschrikkelijk lieve, behulpzame vrouw in de zestig, Karol heette ze, die zich direct over me ontfermde. Later vertelde ze mij dat ze in haar leven zo’n vijftig kattenlevens heeft gered en tientallen kittens heeft grootgebracht. Ze wist precies wat haar te doen stond. Mijn brein was op slot gegaan nadat ik de kitten in mijn armen had genomen. Dit was een nieuw niveau van stress, een soort fundamentele angst die als een baksteen voelde in mijn maag. Die avond was ze bij de dierenarts en ik mocht bij Karol in de tuin kamperen.

Ilse en Nick

Ondertussen ontmoette ik de laatste twee engelen op mijn pad: Ilse en Nick. Een koppel uit Amersfoort dat met de motor een paar dagen op vakantie was en overnachtte bij de B&B van Karol. Ze waren tien minuten voor mij gearriveerd en toen ik binnenkwam met de kitten riepen ze verrukt uit: “Als jij haar niet wil, willen wij haar wel adopteren!” De kitten overleefde de nacht bij de dierenarts, waarop Ilse en Nick naar huis gingen om de auto te halen. De hele avond zat ik bij haar, elke twee minuten checkend of haar buikje nog op en neer ging. Maar het was niet genoeg. De volgende ochtend lag ze verstijfd en koud in haar mandje.

Drie keer scheepsrecht?

Ondanks, of misschien wel dankzij, het abrupte einde van het wandelen was het een memorabele tocht die ik niet snel zal vergeten. Het universum heeft over mijn schouder meegekeken en engelen op mijn pad gestuurd net toen ik ze nodig had, iets dat voor mij een wandeltocht uniek en onvergetelijk maakt. En dan volgend jaar nog een poging, drie keer is scheepsrecht, toch?

Informatie over de Dutch Mountain Trail is te vinden op deze website