Terug naar Inleiding

Overpeinzingen onderweg

Dit voorjaar liep Mari Verstegen van Boxtel tot aan het Zwarte Woud, een wandeling van zeven weken die hij volgend jaar hoopt te vervolgen naar Rome. Onderweg stuurde hij af en toe berichtjes naar familie, vrienden en kennissen. Toen van hen de vraag kwam wat zo’n wandeling hem brengt, heeft hij daarover de volgende overpeinzingen geschreven:

Sommigen van jullie hebben de afgelopen weken op mijn appjes gereageerd met vragen die er op neerkwamen of ik iets meer zou willen vertellen over wat zo’n tocht me eigenlijk brengt. Nou was ik al een paar keer bezig geweest om daar iets over te schrijven, maar het lukte me steeds niet om dat op een heldere, bevredigende manier te verwoorden. Toch wil ik, op deze laatste dag van mijn wandeling, een poging doen om daar wat meer over te zeggen, hoe gebrekkig die poging ook is. Het zijn meer een aantal flarden geworden dan een consistent verhaal.

Flard 1

Ik merk dat ik door het wandelen, door veel in de natuur te zijn en ook door het vele alleen zijn (ook al is dat soms ook wel wat saai), dat ik daardoor meer verwantschap, meer verbondenheid ervaar met het leven om me heen, of dat nu dieren, planten of mensen zijn. De kracht van waaruit een spinnetje loopt, de kracht van waaruit een merel zingt en de kracht van waaruit een boom groeit, is dezelfde kracht als die van waaruit ík leef en van waaruit volgens mij ieder mens leeft. Vorige week was er een moment dat een vlinder een stukje voor me uit vloog en ik plotseling heel helder besefte: die vlinder dat ben ik. Jij vliegt en ik loop. Maar we leven vanuit hetzelfde.

Flard 2

Wat ik me – denk ik – door deze wandeling vooral meer eigen heb gemaakt, is om alles te zien als uitdrukking van, laat ik maar meteen met de deur in huis vallen, van ‘het goddelijke’; of (misschien spreekt je die bewoording meer aan:) van ‘het mysterie van het leven’. Tijdens het wandelen heb ik alle tijd om steeds meer tot me te laten doordringen dat alles uitdrukking is van dat mysterie, van het goddelijke. En dan gaat het niet alleen om dingen die ik in de natuur zie en hoor (hoewel de natuur wel een gemakkelijke ingang voor mij is om dat steeds weer op het spoor te komen), maar om álles wat ik zie, hoor, voel, denk en ervaar. Alle leuke en plezierige dingen, maar ook alle onplezierige dingen zoals een pijnlijke knie, een omleiding, een chagrijnige pensionhouder; het gaat om de hele variatie aan dingen die ik meemaak en ervaar. Ik ben me er steeds weer bewust van dat álles uitdrukking is van dat mysterie, van dat goddelijke. En dat besef helpt mij dichter bij mijn eigen mildheid te blijven, om steeds contact te maken met wat Etty Hillesum in haar dagboek noemt: ‘het beste in mezelf’. En dat lukt soms, maar dat lukt vaak ook niet. Maar het wandelen helpt me daarbij wel.

Flard 3

In de omgeving waar ik de laatste week wandel (in de Eifel), komen allerlei gesteenten en aardlagen aan de oppervlakte. Zeeën hebben kalksteen doen ontstaan, door  vulkanen zijn kraters en bergen ontstaan. Water en wind hebben grote invloed gehad. Al die processen en al die natuurlijke wetmatigheden hebben bepaald hoe het er hier nu uitziet. Diezelfde processen en wetmatigheden hebben er toe geleid dat er op een bepaald moment leven hier op aarde is ontstaan. Dat heeft zijn uitdrukking gekregen in miljoenen soorten planten en dieren. En sinds een paar miljoen jaar heeft dat ook zijn uitdrukking gekregen in de mens. Ook wij zijn het resultaat van al die processen en wetmatigheden. Er is, zou je kunnen zeggen, een drijvende kracht achter alles wat is. Het is een andere aanduiding voor wat ik in het vorige stukje ‘het mysterie’ en ‘het goddelijke’ heb genoemd. Alles wat er is, is uitdrukking van die drijvende kracht.

Flard 4

En je kunt volgens mij nog een stap verder gaan. Die drijvende kracht is niet alleen de oorzaak van het feit dat wij er zijn en dat we allemaal ook zo verschillend zijn, maar die kracht zit ook achter ons denken en achter ons voelen. Ook wat wij denken en voelen is de uitdrukking, de manifestatie van die drijvende kracht. En dat is bij iedereen weer anders. De werking van neuronen, neurotransmitters, dendrieten, enz. in combinatie met de genetische aanleg, de plek waar je bent grootgebracht, de tijd waarin je leeft, enz. pakt bij iedereen weer anders uit en bepaalt voor een groot deel wat jij denkt en voelt. En toch zijn wij enorm gehecht aan onze eigen mening en bepalen onze gedachten voor een groot deel ons geluk. Terwijl het máár meningen en máár gedachten zijn, de toevallige resultanten van hoe die drijvende kracht in ieder van ons uitwerkt. En onze obsessieve gehechtheid aan onze eigen mening leidt volgens mij tot ongelooflijk veel ellende zoals ook het voor absoluut waar houden van onze gedachten tot heel veel persoonlijk verdriet leidt.

Het wandelen helpt mij om af en toe wat uit te zoomen en niet te zeer in allerlei gedachten gevangen te zitten, maar om er meer vanuit een afstandje naar te kijken. De natuur helpt me om weer even mijn zintuigen te openen en weer wat meer in de werkelijkheid hier en op dit moment te zijn.

————————————-

Mari Verstegen is bioloog en organiseert ieder jaar een aantal weekenden ‘Natuur en Stilte, natuur beleven vanuit een klooster’. Meer informatie: zie https://www.natuurtrainingen.nl/kloosterweekenden/i/20