Terug naar Middenroute

E1 door Zwitserland

In Zwitserland volgt de Middenroute de E1 die gebruik maakt van twee Zwitserse langeafstandspaden. De route loopt vanaf het meer van Konstanz door het Zwitserse Mittelland langs het Vierwoudstrekenmeer de Gotthardpas over tot het meer van Lugano op de grens met Italië.

Naar het klooster Einsiedeln

Middenroute Zwitserland

Vanaf Konstanz loopt de route over een Jacobsweg (de Via Jacobi, nationale route 4) door boerenland tot het dichtbevolkte meer van Zürich.

Na de oversteek over een dam bij Rapperswil gaat het direct omhoog naar het beroemde klooster Einsiedeln.

Dan gaat de route naar het Vierwoudstrekenmeer. Dit is het centrale deel van Zwitsersland, met mooi verzorgde kleine boerendorpjes.

MIddenroute Vierwoudstedenmeer

Over het Vierwoudstrekenmeer neem je een veerpont. De Jacobsweg gaat naar Genève, de E1 sluit aan bij de Trans Swiss route (nationale route 2) die vanaf de Jura naar Lugano gaat.

Vanaf hier begint het Alpentraject hoog boven de Rütli Wiese, waar Wilhelm Tell de pijl op de appel zou hebben geschoten. Je wandelt parallel met veel verkeer. De weg en het spoor zijn vanaf Seedorf tot Göschenen en dan weer vanaf Airolo jouw begeleider. Dus gelukkig niet op het hoogste deel.

Afdalen in Ticino

De afdaling in het kanton Ticino met zijn diepe dalen gaat langs mooie wegen hoog op de hellingen, met zo nu en dan een steile daling. De zuidelijke steden Bellinzona en Lugano zijn kenmerkend voor het Zwitserse Ticino. Vervolgens arriveer je bij de Italiaanse grens.

Via Jacobi Transsuisse wandelroute Transsuisse wandelroute
van Konstanz van Einsiedeln van Gotthard pas
naar Einsiedeln naar Gotthard pas naar Morcote bij Lugano
84 km 88 km 118 km

Het landschap was prachtig om doorheen te lopen en we genieten van de vergezichten en soms prachtige boerderijen die er zijn. In een van de dorpjes, waar we na een flinke afdaling binnenliepen, Fischingen, bleek een klein winkeltje te zijn die wat levensmiddelen en vooral kaas verkocht maar ook een heel klein koffiezetapparaatje had en daar hebben we heerlijk koffie met een soort amandelbroodje gegeten.

Omdat we het niet hadden verwacht smaakt het dubbel zo lekker. Daarna was het klimmen, klimmen en nog eens klimmen , van 600 m naar 1120 m, naar de lokale top met de naam Hörnli. Daar hadden we een fantastisch uitzicht naar alle kanten en er was horeca die open was . De soep met spek erin smaakte heerlijk, precies wat we nodig hadden. Daarna een flinke afdaling die de knieën en bovenbenen op de proef stelde maar zo te voelen is dat goed gegaan’ [Blog van Hans Zwanenburg en Richard Loman]

Reisverhalen over deze route: